Blowerdoortest
De luchtdichtheid van een gebouw kan worden gemeten en gekwantificeerd. Om deze meting uit te voeren, maakt men gebruik van de zogenaamde ‘blowerdoortest’. De blowerdoor is een ventilator die in de luchtdichte schil van het gebouw geïntegreerd wordt (bijvoorbeeld in een deuropening). Om de uitkomst van de meting niet te beïnvloeden moeten alle openingen die in contact staan met de buitenlucht worden gesloten. Met de ventilator worden zes drukverschillen tussen de binnen- en buitenkant van het gebouw gecreëerd.
Hierna kan men controleren hoe dit drukverschil gelijk kan worden gehouden. De hoeveelheid extra te produceren lucht (overdruk) of de hoeveelheid weg te zuigen lucht (onderdruk) laat zien hoeveel lucht er ontsnapt of aangetrokken wordt langs luchtlekken. Vervolgens worden deze luchtlekken in kaart gebracht, zodat duidelijk is waar de niet-luchtdichte zones zich bevinden. Een blowerdoortest is sinds 2015 verplicht voordat een woning of gebouw wordt opgeleverd.